Transit

Claus-Steffen Mahnkopf | The Tristero System | 2007

In de zomer van 1998 voelde ik een dubbel verlangen: eerst en vooral wilde ik aan twee totaal contrasterende cycli werken om het bereik van mijn muziek uit te breiden en de grenzen ervan af te tasten. Eén van deze cycli zou opgedragen worden aan György Kurtág. Ten tweede wilde ik een eerbetoon brengen aan één van mijn favoriete schrijvers, Thomas Pynchon. Ik besefte meteen dat, als ik een Hommage à Thomas Pynchon wilde schrijven, het op alle vlak even uitzonderlijk als excentriek (in de letterlijke betekenis: weg van het centrum) zou moeten zijn als Pynchons werk en sommige vreemde omstandigheden die de auteur omringen.


Lees verder »

Zo weten we niks over hem, zelfs niet hoe hij eruit ziet. Ik moest dus – op zijn minst daarom – mijn manier van componeren grondig veranderen: het gebruikte materiaal, de technieken, de klankwereld, en het performatieve karakter tijdens concerten. Hiervoor was eerst en vooral een klankwereld nodig die uitdrukking kon geven aan de destructiviteit van de hedendaagse maatschappij, vooral van megametropolen. Dit was slechts mogelijk met elektronische middelen; daarom trok ik naar de Experimentalstudio van de Heinrich Strobel Stiftung in Freiburg om de nodige vaardigheden te leren.

Vervolgens had ik een hypertrofische vorm nodig. Ik koos voor een poly-compositie bestaande uit meerdere werken die verschillende functies bekleden in de globale vorm. De Pynchon Cyclus bestaat – naast het samengestelde Hommage à Thomas Pynchon – uit de volgende werken:

1. het ensemblewerk The Tristero System, met een instrumentatie – twee piano’s, twee slagwerkers, twee basklarinetten, drie trombones en vier piccolo’s – die voldoende afstotelijk, posturbaan klankmateriaal biedt.

2. het solowerk voor cello The Courier’s Tragedy, dat letterlijk de tragedie uitbeeldt van de solist die mislukt in de poging een inhumane machine te controleren of te verslaan.

3. de harmonisch onaangename tapecompositie D.E.A.T.H. die letterlijk het laatste stadium van ontbinding van het gebruikte materiaal toont.

4. ten slotte het stuk W.A.S.T.E. voor hobo en live Electronics, dat niet hoorbaar is tijdens Hommage à Thomas Pynchon, maar waarvan het klankmateriaal sluimerend, als een onbewust gegeven, aanwezig is in het geheugen van de computer en af en toe getransformeerd naar de voorgrond treedt.

De vorm van deze poly-compositie moest van in het begin ‘verbrijzeld’ zijn. Ik besliste dit tot in het extreme door te trekken en het werk oneindig lang te maken – een compositie zonder temporeel einde, die de grootst mogelijke provocatie van de kunstwereld uitmaakt, een constante dreiging: een ongeneeslijke paranoia als het ware. Strikt gesproken zou de ruimtelijke dimensie ook moeten uitgebreid worden tot in het oneindige. Het werk zou niet alleen moeten klinken in één locatie, maar in zo goed als de hele stad, de hele regio, de hele wereld – in analogie met de muzikale cultuurindustrie die evenzo zichzelf oplegt aan de hele wereld zonder de belangen van de ontvangers in vraag te stellen. Om praktische redenen, die helaas niet altijd te rijmen zijn met artistieke noden, is de duur en zeker de ruimte beperkt. Men moet uiteindelijk een concert organiseren, een gebeuren met een vaste tijd en een bepaalde locatie.

De vier werken die hierboven zijn opgesomd kunnen afzonderlijk worden uitgevoerd. Hommage à Thomas Pynchon bundelt de eerste drie werken. Het stuk is tegelijkertijd ensemblemuziek, muziektheater en een muziekinstallatie. Deze combinatie is innovatief aangezien ze gebruik maakt van de nieuwste technologie om iets te doen dat voorheen onmogelijk was omdat deze middelen nog niet voldoende ontwikkeld waren: de introductie van een real-time compositieproces met behulp van de computer, dat toch klinkt als gecomponeerde muziek in plaats van als algoritmische muziek. Het was niet mijn bedoeling de nieuwste rages in live electronics voor te stellen, maar eerder het tegenovergestelde: het was enkel omwille van het feit dat live electronics momenteel voldoende mogelijkheden voor complexiteit en differentiatie bieden – en dat is ook de mogelijkheid tot polyfonie – dat ik creatief kon worden in dit genre.

Hommage à Thomas Pynchon is uiterst ‘performatief’ van karakter. In het begin wordt het 18 minuten durende ensemblewerk The Tristero System gespeeld in de concertruimte, alsof het om een normaal concert gaat. Tijdens het TRANSIT-festival werd The Tristero System voor het eerst als afzonderlijke compositie uitgevoerd door Ensemble SurPlus op 28 oktober 2007. (Claus-Steffen Mahnkopf)




Ook interessant...

Kijk ook eens naar deze werken

De TRANSIT collectie is een initiatief van MATRIX [Centrum voor Nieuwe Muziek], in samenwerking met Festival 20/21 en met de steun van Stad Leuven.