Deze compositie ontstond in opdracht van TRANSIT voor Ian Pace, aan wie het werk is opgedragen. Het heeft met 13 selfportraits voor strijkkwartet een fundamenteel introspectieve kwaliteit gemeen. Wanneer ik terugdenk aan mijn vroegste ervaringen met het beluisteren van ‘nieuwe muziek’, op twaalf- of dertienjarige leeftijd, was één van de sterkste effecten de indruk ‘verloren’ te zijn binnen onbekende klankwerelden, zelfs wanneer ik bijna wanhopig focuste op de kleinste elementen van (schijnbare) vertrouwdheid.
Vervolgens kwam natuurlijk een even dwingend verlangen om de structuren van die werelden te begrijpen, maar in zekere mate moet iemands hele artistieke werk er constant naar streven om vragen te stellen zoals: waarom de impuls te creëren (Beckett: ‘nothing to express, nothing with which to express, nothing from which to express, no power to express, no desire to express, together with the obligation to express’), waarom zet een toevallige kennismaking met een bepaalde (in dit geval) muziek een levenslange gedachtestroom in gang, die er blijkbaar om vraagt veruitwendigd of ‘uitgedrukt’ te worden, waarmee ik een poging bedoel om iets ‘door te geven’ aan het publiek, de kettingreactie verder te zetten, als dat op de één of andere manier mogelijk is. Zulke vragen spreken ook de aard van de menselijke verbeelding aan, de verhouding van het individu tot de gemeenschap, de ‘diepe structuur’ van de muziek, om slechts enkele zaken te noemen. (Natuurlijk kan een muziekstuk geen vragen beantwoorden of principes demonstreren; zijn logica is van een andere (diepere?) orde.) (Richard Barrett)
De TRANSIT collectie is een initiatief van MATRIX [Centrum voor Nieuwe Muziek], in samenwerking met Festival 20/21 en met de steun van Stad Leuven.